donderdag 12 januari 2012

Verwerkingsopdracht 2: Literaire stromingen Klas 5

Lof der Zotheid


1. Samenvatting

Erasmus wil via dit boek allerlei onzinnigheden aan de kaak stellen, dat doet hij door een Lof der Zotheid te schrijven. Dat doet hij door de Zotheid te laten spreken. Hij begint met de afkomst van haar, jeugdigheid en rijkdom, en begint ironisch te schrijven ten aanzien van het volk. De Zotheid beschrijft hij via het personeel van de Zotheid, in de vorm van Vleierij, Eigenliefde, Vaste Slaap, Werkschuwheid, Vergeetachtigheid, Drinkgelag, Weelderigheid, Dwaasheid en Genot. Maar verder in het boek begint hij zwaar kritiek te uiten tegen de vorsten en vooral de christenen van zijn tijd. Dit doet hij mede aan de hand van allerlei mythologische figuren.

N.B. Het is een heel korte samenvatting, maar deze samenvatting geeft werkelijk heel goed weer waar het boek in feite over gaat. Voor degene die het boek niet hebben gelezen geeft deze samenvatting een goed beeld van het boek.



2. Thema en motieven

Het thema van het boek is natuurlijk Dwaasheid/zotheid. Ik heb Dwaasheid expres met een hoofdletter geschreven, omdat dit in het boek ook wordt gedaan. Dit wekt al een beetje de indruk dat het een heel belangrijk thema is in het boek. Sterker nog, dit is echt het onderwerp van het boek en ook gelijk het thema. Dwaasheid is de ik-persoon in het boek. De Dwaasheid vertelt in het boek waarom er Dwaasheid nodig is in de wereld, waarom het goed is en waarom ook de mensen het nodig hebben.
Een ander soort aanwijzing waardoor je kan zien dat het thema zotheid is, is dat het boek is opgedragen is aan sir Thomas More. Dan kan je zeggen; 'Wat heeft sir Thomas More hiermee te maken...? ' Thomas More was een goede vriend van Erasmus. Ze deelden ook dezelfde humor, daarom heeft Erasmus ook dit boek aan hem opgedragen. Omdat Erasmus en More van ditzelfde soort satire houden. Maar nu even terugkomend op het verband tussen Thomas More en de zotheid. De naam More lijkt heel erg op het Griekse woord Moria. Moria betekent in het Grieks zotheid. Daaraan kun je ook een beetje het thema afleiden.

Er zijn niet heel duidelijke motieven. Er is zijn wel bepaalde kenmerken die steeds terugkomen in de verhalen. Hij stelt telkens de mensen die 'slecht' handelen en de zotheid tegen elkaar op. Bijv. de redenaars die net doen of ze hun redevoering even snel in elkaar hebben gezet, maar daar eigenlijk heel lang op hebben zitten zwoegen. En de zotheid, die zomaar komt en een 'redevoering' kan houden waardoor alle oren van alle mensen gespitst gaan staan. (Pag. 17-18)




3. Hoe gaat de 'hoofdpersoon' om met z'n problemen?

Laten ze die min of meer gelaten over zich heen komen?
Vluchten ze ervoor weg?
Proberen ze ermee om te gaan/die problemen een plekje te geven?

De 'hoofdpersoon' (ik zet hoofdpersoon tussen aanhalingstekens, omdat de hoofdpersoon niet echt een persoon is, maar een ding is namelijk: zotheid) gaat als het ware om met de problemen die ze tegenkomt. Alle dingen die Desiderius Erasmus storen/die hij niet goed vind in z'n samenleving, bekritiseert hij goed door deze te vergelijken met de zotheid. Ook probeert Erasmus de ouderdom/dementie(wat ik toch wel als een soort van probleem beschouw) een soort van goed te praten. Hij zegt namelijk dat je je leukste tijd hebt als je je niet van veel dingen bewust bent en dus een beetje zot bent. Dat is in je kindertijd het geval, maar ook als je gaat dementeren en ouder wordt. Dus hij zegt eigenlijk dat de dementie op latere leeftijd voor de persoon zelf niet zo erg is.

Het is volgens Erasmus ook een probleem als je je als levend wezen niet kunt laten leiden door de natuur. Hij geeft in het verhaal een bij als voorbeeld; een bij laat zich leiden door de natuur. Zo gaat een bij dus zijn eigen weg. Maar bijvoorbeeld een paard die ergens in een schuur zit bij iemand wordt geleid door de persoon die hem bezit. Dit paard zal dus nooit en te nimmer door de natuur geleid worden. Erasmus denkt dus dat de bij gelukkiger leeft dan dat paard.

Dit waren eigenlijk twee kleine voorbeelden uit het boek,maar eigenlijk is z'n probleem dat de mensen gewoonweg niet in de zotheid geloven, en daarom wil hij ze daarvan overtuigen. Natuurlijk met veel humor(wat overigens niet echt mijn soort humor is).


4. Ruimte

Er is geen concrete ruimte waarin het verhaal zich afspeelt. Het verhaal wordt eigenlijk alleen maar vertelt door de zotheid.


5. Mening op basis van de 7 argumenten

Ik vond dat het boek een goede structuur had. Het verschilt natuurlijk wel heel erg van de hedendaagse structuur van de boeken. Dan duid ik op de korte 'hoofdstukjes'. Het zijn stukjes genummerd van 1 t/m 67 in 142 bladzijden. Dat zijn dus ruim 2 pagina's per hoofdstukje. Per hoofdstukje gaat hij in op iets anders, maar hij betrekt wel de vorige stukjes erbij.

Het was niet echt een boek dat mij op een bepaalde manier geraakt heeft, maar ik kan wel begrijpen dat sommige dingen wel geestig zijn voor andere mensen. Het is niet zo dat ik geen enkel gevoel had bij het boek, want ik had wel verwacht dat het een beetje saai zou zijn, maar dat vond ik eigenlijk niet zo. Het is wel zo dat ik sommige stukjes niet goed begreep, maar die dingetjes heb ik dan zo goed mogelijk proberen op te zoeken op internet.

Vooral de kritiek op de kerk vind ik goed van Erasmus. In eerste instantie begreep ik de kritieken niet echt doordat de verwoording wat onduidelijk was, omdat het toch wel een wat ouder boek is. Maar hij heeft dus kritiek op hoe de kerk wordt bestuurd in zijn tijd. Gelukkig voor hem is dat nu al wel veranderd.

Het boek is eigenlijk heel realistisch als je naar de punten kijkt waar Erasmus kritiek op heeft. Er komen wel wat niet-realistische kenmerken bij kijken zoals de Griekse goden. Verder is het boek wel realistisch.

De schrijfstijl van het boek was in het begin wel heel erg wennen, omdat het heel lange zinnen waren. Om maar even een voorbeeld te geven was de eerste zin al 15 regels lang. Als je dan voor jezelf de zin in kleinere stukjes hakt is het wel wat makkelijker. Verder was de schrijfstijl ook wel een uitdaging, omdat er heel wat Griekse helden voorbij kwamen die ik bij naam wel kende, maar niet van wist wat ze precies hadden gedaan. Dat heb ik dan even opgezocht.


vrijdag 6 januari 2012

Klas 5: boekverslag De Grote Zaal Jacoba van Velde

Algemene informatie
a.
  1. Jacoba van Velde, De Grote Zaal
  2. Amsterdam, 2010, 14e druk (1953)
  3. 134 pagina's

b. Roman, Psychologische Roman

  1. Het boek begint als de 74-jarige Geertruida (Trui) van der Veen wakker wordt en niet weet waar ze is. De zuster zegt dat ze een attaque heeft gehad en dat ze in een rusthuis is. Trui kan niet meer goed lopen op haar been. Langzaam begint ze steeds meer dingen te herinneren.

    De man van Trui, Willem, was gestorven tijdens de oorlog. Helena, de dochter van Trui en Willem, trouwde met de kunstenaar Jean en vertrok naar Parijs. Toen het slechter met Trui ging, zorgde Helena voor haar. Maar wanneer Trui een attaque kreeg, besefte Helena dat ze niet meer voor Trui kon zorgen. Trui moest naar het rusthuis in Nederland.

    In het rusthuis is er een zitkamer, een kleine zaal en een grote zaal. Als je in de grote zaal lag betekende het dat het bijna afgelopen met je was. Trui lag in de kleine zaal met negen andere vrouwen. Er waren veel onenigheden en het was er saai, omdat er niks te doen was. Het enige waar Trui elke keer naar uitkeek waren de bezoekuren waar haar dochter Helena op bezoek kwam. Helena verbleef namelijk tijdelijk op de oude kamer van haar moeder. Ze wilde graag dat haar moeder in een beter tehuis kwam, maar helaas hadden ze daar niet genoeg geld voor.

    Helena komt al vroeg in haar jeugd veel te weten over de zin van het leven en de dood. Als Helena er soms een uitspraak over deed, snapte haar moeder het niet en wilde ze er ook niet over nadenken. Nu Trui in het rusthuis ligt, begint ze de uitspraken steeds meer te begrijpen.

    Naar verloop van tijd moet Helena weer terug naar Parijs naar haar man. Het afscheid tussen Trui en Helena was emotioneel. Trui beseft dat ze nu een eenzame oude vrouw is. Er gaan weken voorbij. Ze begint steeds meer pijnlijke steken in haar buik te krijgen en ze wordt in de grote zaal gelegd. Helena vertrekt meteen naar Nederland. Ze staat naast haar moeders bed als ze overlijdt.



Verwachtingen

Het boek stond in centraal tijdens Nederland Leest 2010, en we kregen het daarom ook van school. Ik was wel een beetje benieuwd geworden naar het boek, dus ben ik er een beetje globaal doorheen gegaan. Het sprak me aan en daarna ben ik het gaan lezen.
Ik had verwacht dat het boek zich op meer plaatsen zou afspelen, maar uiteindelijk speelt het zich allemaal af in het rusthuis waar Trui verblijft. Alleen als Trui een herinnering ophaalt ga je met haar mee terug naar een andere plaats.

Wat ik ook heel onverwachts vond, was dat Helena (de dochter van Trui) alleen maar een paar keer de ik-persoon was in het verhaal. Ik had haar graag wat meer in het verhaal gezien, want haar stukjes vond ik het leukst om te lezen. Ik vond de stukjes van Trui vaak een beetje 'deprimerend', omdat het eigenlijk één en al eenzaamheid uitstraalde.


Motieven en Thema

Het verhaal gaat eigenlijk over het weggaan van je naasten, en aan het in alle eenzaamheid leven tot je dood. Ook is het een verhaal van verlangen. Dit zie je heel goed terug wanneer Helena weer teruggaat naar Parijs, en Trui dan heel de tijd denkt; ''Wanneer zou ze terugkomen?'' ''Zou ze überhaupt wel terugkomen...Ja, ze komt terug, want dat zei ze!''. Zo zie je goed het verlangen van Trui naar haar dochter die in Parijs woont met haar man.
Dus op basis van dit alles trek ik de conclusie dat het thema eenzaamheid is.

Een motief in het verhaal, is het verlangen van Trui naar haar man en haar huis. Als ze 's ochtends wakker word dan hoopt ze dat ze binnenkort weer naar huis kan gaan. Ook als ze soms in de put zit, dan vertelt ze weer over haar man. Over hoe goed hij was en dat hij er nu niet meer is.

Een ander motief in het verhaal, is de acceptatie. Acceptatie in het verhaal is ook een belangrijk deel. Op een gegeven moment zegt ze ook tegen zichzelf dat ze niet meer terug zal keren naar huis. En dan accepteert ze dat.
Een andere acceptatie, is de acceptatie van het vertrek van Helena. In eerste instantie vind ze het moeilijk om Helena te laten gaan, maar dan zegt ze tegen zichzelf dat het goed voor Helena is om naar Parijs terug te gaan en daar haar man terug de vinden.


Beoordeling

a. De schrijfstijl was gewoon prima, ik heb me niet echt aan dingen gestoord. Ik heb soms wel stukjes gehad waar ik dacht; dat kan ook wat vlotter verteld worden. Maar dat langzame hoort natuurlijk ook een beetje bij het verhaal en bij een rusthuis. Aan één stukje had ik dat heel erg en dat was bij het stukje dat de oude dames in het rusthuis een poes in de tuin zien. (blz. 105-106)

b. Ik vond de personages wel heel interessant, omdat ze eigenlijk een hele samenleving voorstellen. Je hebt veel verschillende vrouwen waar je mee te maken krijgt; een nieuwsgierige, een stille en iemand met een heel grote mond bijvoorbeeld. De verschillen in karakter botsen vrijwel niet in het verhaal, alleen als er een keer chocola wordt gestolen door een oudere dame. Dan breekt er een soort partijen ruzie uit.

De ruimte is vrijwel alleen het rusthuis. Wat alleen wel goed gedaan is, is dat de verschillende ruimtes in het rusthuis aangeven hoe ziek je bent en hoe dicht je bij de dood bent. Zo is de kleine zaal nog geen zaal om je zorgen om te maken, maar zodra je in de grote zaal komt moet je accepteren dat je binnenkort niet meer in leven zal zijn. Dit vind ik heel sterk in het verhaal. De lezer blijft in spanning of Trui in het boek nog een keer in de grote zaal terecht zal komen.

Eindoordeel



Ik vond het een goed verhaal. Ik heb echt een idee gekregen hoe het moet zijn als je alleen in een rusthuis zit en de kleinste dingetjes je op kunnen beuren, omdat je niet zoveel meer hebt om naar uit te kijken. Wat ik minder goed vond is de eenzaamheid. Het is niet zo dat het echt slecht was, maar ik werd er zelf een beetje droevig van toen ik het verhaal las en dat vind ik niet leuk als ik een boek lees, want een boek moet uitnodigen om verder te lezen. Dat gevoel kreeg ik niet echt heel erg toen ik dit las.
Ook vond ik het jammer dat het verhaal zich maar op één plek afspeelde. Dat maakt voor mij het verhaal wat minder spannend, maar ondanks dit alles heb ik achteraf toch wel met enig 'plezier' dit boek gelezen. Vandaar ook mijn vrij hoge score op de oordeelbalk.

Bronnen

Boek:
Nederland Lees De Grote Zaal
Jacoba van Velde
Em. Querido's Uitgeverij BV

Site:

http://www.scholieren.com/boekverslagen/33226

http://bicat.bibliotheekmaasland.nl/iconen.html

http://nl.wikipedia.org/wiki/Categorie:Roman